Het hoofd van Kot Lehar werd door de dood gegrepen.33.
(Uiteindelijk verliet de koning) het slagveld en vluchtte,
De heuvelmannen vluchtten van het slagveld, ze waren allemaal vervuld van angst.
Ik ben klaar
Ik behaalde de overwinning door de gunst van de Eeuwige Heer (KAL).34.
Nadat we de oorlog hadden gewonnen (we keerden terug).
We keerden terug na de overwinning en zongen triomfliederen.
regende geld,
Ik stortte rijkdom uit op de krijgers, die vol vreugde waren.
DOHRA
Toen ik na de overwinning terugkeerde, bleef ik niet in Paonta.
Ik kwam naar Kahlur en stichtte het dorp Anandpur.36.
Degenen die zich niet bij de strijdkrachten hadden aangesloten, werden uit de stad gezet.
En degenen die dapper vochten, werden door mij bezocht 37.
CHAUPAI
Vele dagen gingen zo voorbij.
Op deze manier gingen vele dagen voorbij, de heiligen werden beschermd en de slechte mensen werden gedood.
Ze hebben die dwazen opgehangen,
De tirannen werden opgehangen en uiteindelijk vermoord; zij bliezen hun laatste adem uit als honden.38.
Einde van het achtste hoofdstuk van BACHITTAR NATAK getiteld ���Beschrijving van de slag om Bhangani.���8.320.
Hier begint de beschrijving van de slag om Nadaun:
CHAUPAI
Er ging veel tijd op deze manier voorbij.
Op deze manier ging er veel tijd voorbij, Mian Khan kwam (vanuit Delhi) naar Jammu (voor het innen van inkomsten).
(Hij) stuurde Alf Khan naar Nadaun,
Hij stuurde Alif Khan naar Nadaun, die vijandschap jegens Bhim Chand (het hoofd van Kahlur) ontwikkelde.
De koning riep ons op om te vechten (met Alf Khan).
Bhim Chnad riep mij om hulp en ging zelf de confrontatie aan met (de vijand).
Alf Khan bouwde een houten fort (voorkant) op Navras (de genoemde heuvel).
Alif Khan bereidde een houten fort voor op de heuvel van Navras. Het heuvelhoofd legde ook hun pijlen en geweren klaar.
BHUJANG STANZA
Daar de machtige Raja Raj Singh met Bhim Chand
Met de dappere Bhim Chand waren er Raj Singh, de illustere Ram Singh,
Sukhdev, de glorieuze koning van Jasrot
En Sukhdev Gaji van Jasrot waren vol woede en regelden hun zaken met enthousiasme.3.
Dhadha sterke Prithichand Ddhawalia steeg op.
Er kwam ook de dappere Prithi Chand van Dadhwar, nadat hij regelingen had getroffen over de zaken van zijn staat.
Kripal Chand viel nauw aan
Kirpal Chand (van Kanara) arriveerde met munitie, reed terug en doodde veel van de krijgers (van Bhim Chand).4.
Voor de tweede keer geschikt voor de wedstrijd, sloeg (ze) neer.
Toen de troepen van Bhim Chand voor de tweede keer oprukten, werden ze teruggeslagen tot groot verdriet van (de bondgenoten van Bhim Chand),
Daar waren die krijgers aan het schreeuwen.
De krijgers op de heuvel bliezen op trompetten, terwijl de leiders beneden vervuld waren van wroeging.
Toen werd Bhim Chand zelf boos
Toen werd Bhim Chand vervuld van grote woede en begon hij de bezweringen van Hanuman te reciteren.
Alle krijgers gebeld en ons ook uitgenodigd.
Hij belde al zijn krijgers en belde ook mij. Toen verzamelden ze zich allemaal en rukten op voor de aanval.
Alle grote krijgers gingen woedend naar voren
Alle grote krijgers marcheerden naar voren met grote woede als een vlam over een hek van droog onkruid.
Veer Dayal Chand, die daar werd gepest
Aan de andere kant rukte de dappere Raja Dayal van Bijharwal op met Raja Kirpal, samen met zijn hele leger.
MADHUBHAAR STANZA
Kripal Chand was woedend.
Kirpal Chnad was in grote woede. De paarden dansten.
Oorlogsklokken begonnen te luiden
En er werd op de pijpen gespeeld, wat een vreselijk tafereel opleverde.8.
De krijgers begonnen te vechten,
De krijgers kwamen op de vierde plaats en sloegen met hun zwaarden.
Boos zijn in gedachten
Van woede lieten ze een salvo van pijlen vallen.9.
(wie) vechten,
De vechtende soldaten vielen in het veld en bliezen hun laatste adem uit.
Ze vallen op de grond
Ze vielen. Als donderende wolken op de aarde.10.
RASAVAL STANZA
Kripal Chand werd boos,
Kirpal Chand stond in grote woede stevig in het veld.
Schiet te veel pijlen
Met zijn salvo pijlen doodde hij grote krijgers.11.
Chhatradhari (koning) gedood,
Hij doodde het opperhoofd, dat dood op de grond lag.
De hoorns bliezen