Wat ik ook in mijn gedachten wens, doe dat met Uw Genade
Als ik martelaar word terwijl ik met mijn vijanden vecht, zal ik denken dat ik de waarheid heb gerealiseerd
O Onderhouder van het Universum! Ik mag altijd de heiligen in deze wereld helpen en de tirannen vernietigen, schenk mij deze zegen. 1900.
Als ik rijkdom verlang, komt die naar mij toe vanuit mijn land en vanuit het buitenland
Ik heb geen verleiding voor wonderbaarlijke krachten
De wetenschap van yoga heeft voor mij geen nut
Omdat het besteden van tijd daaraan geen bruikbare realisatie oplevert van de fysieke boetedoeningen, O Heer! Ik smeek U om deze gunst, zodat ik onbevreesd als martelaar op het slagveld mag vallen. 1901.
De glorie van Heer Krishna heeft zich over de hele wereld verspreid en zelfs nu zingen mensen (voor hem).
De lof van de Heer doordringt het hele universum en deze lofrede wordt gezongen door Siddha's (adepten), de hoogste der wijzen, Shiva, Brahma, Vya's enz.
Zijn mysterie is zelfs door de wijze Atri, Parashar, Narada, Sharda, Sheshnaga enz. niet begrepen.
De dichter Shyam heeft het in poëtische strofen beschreven: O Heer! hoe kan ik U dan behagen door UW heerlijkheid te beschrijven?
Einde van de beschrijving van “Jarasandh arresteren en vervolgens vrijlaten tijdens oorlogsvoering” in Krishnavatara in Bachittar Natak.
Nu begint de beschrijving van de wederkomst van Jarasandh die Kalyavana met zich meebrengt
SWAYYA
De koning (Jarasandha) was erg verdrietig en schreef een brief aan zijn vriend (Kal Jaman).
De koning in grote nood schreef een brief aan zijn vriend dat Krishna zijn leger had vernietigd en hem had vrijgelaten nadat hij hem had gearresteerd
Zodra je deze brief leest, bel dan het hele leger en kom hierheen.
Hij vroeg hem om vanaf die kant aan te vallen en vanaf zijn kant zou hij zijn leger verzamelen, nadat hij had gehoord over het lot van zijn vriend, Kalyavana begon de oorlog tegen Krihsna.1903.
Hij verzamelde zoveel leger dat het onmogelijk was het op te tellen
Toen de naam van één persoon werd aangekondigd, reageerden miljoenen van hen op de oproep
De trommels van de krijgers weerklonken en in dat kabaal werd niemands stem gehoord
Nu zeiden ze allemaal dat niemand zou moeten blijven bestaan en dat iedereen verder zou moeten gaan in de oorlog met Krishna. 1904.
DOHRA
(de legerheld van Kal Jaman) 'Kal Nem' heeft zo'n sterk en extreem groot leger voortgebracht.