Sri Dasam Granth

Pagina - 1382


ਮਹਾ ਕਾਲ ਕੁਪਿ ਸਸਤ੍ਰ ਪ੍ਰਹਾਰੈ ॥
mahaa kaal kup sasatr prahaarai |

Maha Kala werd boos en sloeg met wapens.

ਸਾਧ ਉਬਾਰਿ ਦੁਸਟ ਸਭ ਮਾਰੇ ॥੩੨੧॥
saadh ubaar dusatt sabh maare |321|

Redde de heiligen en doodde alle goddelozen. 321.

ਭੁਜੰਗ ਛੰਦ ॥
bhujang chhand |

Bhujang-vers:

ਮਚੇ ਆਨਿ ਮੈਦਾਨ ਮੈ ਬੀਰ ਭਾਰੇ ॥
mache aan maidaan mai beer bhaare |

Op het slagveld hielden de machtige krijgers stand.

ਦਿਖੈ ਕੌਨ ਜੀਤੈ ਦਿਖੈ ਕੌਨ ਹਾਰੇ ॥
dikhai kauan jeetai dikhai kauan haare |

Laten we eens kijken wie er wint en wie verliest.

ਲਏ ਸੂਲ ਔ ਸੇਲ ਕਾਤੀ ਕਟਾਰੀ ॥
le sool aau sel kaatee kattaaree |

Het dragen (in handen) van drietanden, speren, speren en speren

ਚਹੂੰ ਓਰ ਗਾਜੇ ਹਠੀ ਬੀਰ ਭਾਰੀ ॥੩੨੨॥
chahoon or gaaje hatthee beer bhaaree |322|

In de vier kampen begonnen de koppige krijgers te brullen. 322.

ਬਜੇ ਘੋਰ ਸੰਗ੍ਰਾਮ ਮੋ ਘੋਰ ਬਾਜੇ ॥
baje ghor sangraam mo ghor baaje |

In die verschrikkelijke oorlog begonnen verschrikkelijke klokken te luiden.

ਚਹੂੰ ਓਰ ਬਾਕੇ ਰਥੀ ਬੀਰ ਗਾਜੇ ॥
chahoon or baake rathee beer gaaje |

Aan alle vier de kanten brulden strijdwagens met strijdwagens.

ਲਏ ਸੂਲ ਔ ਸੇਲ ਕਾਤੀ ਕਟਾਰੇ ॥
le sool aau sel kaatee kattaare |

(Ze hadden in hun handen) drietanden, speren, zwaarden en speren.

ਮਚੇ ਕੋਪ ਕੈ ਕੈ ਹਠੀਲੇ ਰਜ੍ਰਯਾਰੇ ॥੩੨੩॥
mache kop kai kai hattheele rajrayaare |323|

Koppige Rajwada's voerden in woede oorlog. 323.

ਕਹੂੰ ਧੂਲਧਾਨੀ ਛੁਟੈ ਫੀਲ ਨਾਲੈ ॥
kahoon dhooladhaanee chhuttai feel naalai |

Lange kanonnen en door olifanten getrokken kanonnen bewogen zich ergens heen

ਕਹੂੰ ਬਾਜ ਨਾਲੈ ਮਹਾ ਘੋਰ ਜ੍ਵਾਲੈ ॥
kahoon baaj naalai mahaa ghor jvaalai |

En ergens spuwden door paarden getrokken kanonnen vuur.

ਕਹੂੰ ਸੰਖ ਭੇਰੀ ਪ੍ਰਣੋ ਢੋਲ ਬਾਜੈ ॥
kahoon sankh bheree prano dtol baajai |

Ergens waren Sankha, Bheriyan, Prano (kleine trommel) en Dhol aan het spelen.

ਕਹੂੰ ਸੂਰ ਠੋਕੈ ਭੁਜਾ ਭੂਪ ਗਾਜੈ ॥੩੨੪॥
kahoon soor tthokai bhujaa bhoop gaajai |324|

Ergens sloegen de krijgers met hun handen op de dola's en (ergens) schreeuwden de koningen. 324.

ਕਹੂੰ ਘੋਰ ਬਾਦਿਤ੍ਰ ਬਾਜੈ ਨਗਾਰੇ ॥
kahoon ghor baaditr baajai nagaare |

Ergens klonk er luid gebons en gebons.

ਕਹੂੰ ਬੀਰ ਬਾਜੀ ਗਿਰੇ ਖੇਤ ਮਾਰੇ ॥
kahoon beer baajee gire khet maare |

Ergens lagen de gedode krijgers en paarden op het slagveld.

ਕਹੂੰ ਖੇਤ ਨਾਚੈ ਪਠੇ ਪਖਰਾਰੇ ॥
kahoon khet naachai patthe pakharaare |

Ergens in het oorlogsgebied dansten jonge ruiters

ਕਹੂੰ ਸੂਰ ਸੰਗ੍ਰਾਮ ਸੋਹੈ ਡਰਾਰੇ ॥੩੨੫॥
kahoon soor sangraam sohai ddaraare |325|

En ergens sierden vreselijke krijgers het slagveld. 325.

ਕਹੂ ਬਾਜ ਮਾਰੇ ਕਹੂੰ ਝੂਮ ਹਾਥੀ ॥
kahoo baaj maare kahoon jhoom haathee |

Ergens lagen de paarden dood en op sommige lagen de olifanten.

ਕਹੂੰ ਫੈਟ ਭਾਥੀ ਜੁਝੇ ਬਾਧਿ ਸਾਥੀ ॥
kahoon faitt bhaathee jujhe baadh saathee |

Ergens lagen de krijgers met strikjes dood.

ਕਹੂੰ ਗਰਜਿ ਠੋਕੈ ਭੁਜਾ ਭੂਪ ਭਾਰੇ ॥
kahoon garaj tthokai bhujaa bhoop bhaare |

Ergens klapperde een zware Bhupa met zijn vleugels en brulde.

ਬਮੈ ਸ੍ਰੋਨ ਕੇਤੇ ਗਿਰੇ ਖੇਤ ਮਾਰੇ ॥੩੨੬॥
bamai sron kete gire khet maare |326|

Veel krijgers lagen dood op het slagveld en het bloed vloeide (uit hun wonden).326.

ਚੌਪਈ ॥
chauapee |

vierentwintig:

ਇਹ ਬਿਧਿ ਅਸੁਰ ਜਬੈ ਚੁਨਿ ਮਾਰੇ ॥
eih bidh asur jabai chun maare |

Dus toen de reuzen door eigen keuze werden gedood,

ਅਮਿਤ ਰੋਸ ਕਰਿ ਔਰ ਸਿਧਾਰੇ ॥
amit ros kar aauar sidhaare |

(Toen) omdat ze erg boos waren, kwamen er anderen.

ਬਾਧੇ ਫੈਟ ਬਿਰਾਜੈ ਭਾਥੀ ॥
baadhe faitt biraajai bhaathee |

Ze versierden zichzelf door de toelage aan geluk te koppelen.

ਆਗੇ ਚਲੇ ਅਮਿਤ ਧਰਿ ਹਾਥੀ ॥੩੨੭॥
aage chale amit dhar haathee |327|

Ontelbare krijgers liepen voor de olifanten uit. 327.

ਸਾਥ ਲਏ ਅਨਗਨ ਪਖਰਾਰੇ ॥
saath le anagan pakharaare |

(Zij) hadden veel ruiters meegenomen.

ਉਮਡਿ ਚਲੇ ਦੈ ਢੋਲ ਨਗਾਰੇ ॥
aumadd chale dai dtol nagaare |

(Zij) marcheerden voort, drums en nagares bespelend.

ਸੰਖ ਝਾਝ ਅਰੁ ਢੋਲ ਬਜਾਇ ॥
sankh jhaajh ar dtol bajaae |

Ze spelen Sankh, cimbalen en drums

ਚਮਕਿ ਚਲੇ ਚੌਗੁਨ ਕਰਿ ਚਾਇ ॥੩੨੮॥
chamak chale chauagun kar chaae |328|

De vier gingen enthousiast aan de slag. 328.

ਡਵਰੂ ਕਹੂੰ ਗੁੜਗੁੜੀ ਬਾਜੈ ॥
ddavaroo kahoon gurragurree baajai |

Ergens waren Doru en ergens Dugdugi aan het spelen.

ਠੋਕਿ ਭੁਜਾ ਰਨ ਮੋ ਭਟ ਗਾਜੈ ॥
tthok bhujaa ran mo bhatt gaajai |

De krijgers beukten op hun zij en stormden de strijd in.

ਮੁਰਜ ਉਪੰਗ ਮੁਰਲਿਯੈ ਘਨੀ ॥
muraj upang muraliyai ghanee |

Ergens speelden veel murajs, upangs en murlas.

ਭੇਰ ਝਾਜ ਬਾਜੈ ਰੁਨਝੁਨੀ ॥੩੨੯॥
bher jhaaj baajai runajhunee |329|

(Ergens) speelden drums en cimbalen. 329.

ਕਹੀ ਤੂੰਬਰੇ ਬਜੈ ਅਪਾਰਾ ॥
kahee toonbare bajai apaaraa |

Ergens speelden eindeloze tamboerijnen,

ਬੇਨ ਬਾਸੁਰੀ ਕਹੂੰ ਹਜਾਰਾ ॥
ben baasuree kahoon hajaaraa |

(Ergens) speelden duizenden bonen en fluiten.

ਸੁਤਰੀ ਫੀਲ ਨਗਾਰੇ ਘਨੇ ॥
sutaree feel nagaare ghane |

Eindeloze kamelen ('Sutri') en olifanten ('Feel') gemonteerd op eindeloze nagara's.

ਅਮਿਤ ਕਾਨ੍ਰਹਰੇ ਜਾਤ ਨ ਗਨੇ ॥੩੩੦॥
amit kaanrahare jaat na gane |330|

En Amit Kanhare (Vishesh Vaje) (het waren er zo veel) konden niet worden geteld. 330.

ਇਹ ਬਿਧਿ ਭਯੋ ਜਬੈ ਸੰਗ੍ਰਾਮਾ ॥
eih bidh bhayo jabai sangraamaa |

Toen de oorlog zo doorging,

ਨਿਕਸੀ ਦਿਨ ਦੂਲਹ ਹ੍ਵੈ ਬਾਮਾ ॥
nikasee din doolah hvai baamaa |

(Toen op een) dag verscheen er een vrouw genaamd Dulah (Dei).

ਸਿੰਘ ਬਾਹਨੀ ਧੁਜਾ ਬਿਰਾਜੈ ॥
singh baahanee dhujaa biraajai |

(Hij) reed op een leeuw en (zijn) vaandel was versierd,

ਜਾਹਿ ਬਿਲੋਕ ਦੈਤ ਦਲ ਭਾਜੈ ॥੩੩੧॥
jaeh bilok dait dal bhaajai |331|

Toen ze zagen voor wie de reuzen wegrenden. 331.

ਆਵਤ ਹੀ ਬਹੁ ਅਸੁਰ ਸੰਘਾਰੇ ॥
aavat hee bahu asur sanghaare |

(Hij) doodde vele reuzen zodra hij kwam

ਤਿਲ ਤਿਲ ਪ੍ਰਾਇ ਰਥੀ ਕਰਿ ਡਾਰੇ ॥
til til praae rathee kar ddaare |

En gooiden de wagenmenners als molshoop ('prai').

ਕਾਟਿ ਦਈ ਕੇਤਿਨ ਕੀ ਧੁਜਾ ॥
kaatt dee ketin kee dhujaa |

Hoeveel vlaggen zijn er doorgesneden?

ਜੰਘਾ ਪਾਵ ਸੀਸ ਅਰੁ ਭੁਜਾ ॥੩੩੨॥
janghaa paav sees ar bhujaa |332|

En (veel) dijen, voeten, hoofd en armen (afgesneden).332.