Ergens komen ze brullen en ergens rennen ze weg. 73.
Toen Siddh Pal alle Pathans doodde
En nam hun kronen, paarden en paarden weg.
(Toen) kwamen daar veel Pathanen die ver weg woonden.
Siddh Pal werd (van vier kanten) omsingeld als een dronken olifant.74.
Zoals veel Pathanen waren gevlucht, kwamen er nog veel meer
En de vier kanten van Hathi Sidh Pal begonnen te brullen (en begonnen te zeggen)
O paraplu! Waar ga je heen, (jij) mag niet gaan.
We zullen je binnenkort afmaken ('Chhipra') op dit slagveld. 75.
Toen hij zulke woorden hoorde, werd Surma vervuld van woede.
Hij was goed uitgerust met allerlei soorten bepantsering en was bedreven in het gebruik van wapens.
Hijzelf gaf aldus toestemming aan het hele leger:
Omdat het leger van apen werd gegeven door Ramji. 76.
Toen ze de woorden (van Siddh Pal) hoorden, werd het hele leger boos
En ging met al het pantser en de wapens in de hand.
Alle Pathanen die kwamen, werden gedood op het slagveld.
Sommigen van hen joegen ze weg en gooiden ze in het fort. 77.
Ergens lagen de boogschutterstrijders ondersteboven samen met hun paarden.
Ergens waren de krijgers samengekomen met pijlen.
Ergens waar zwaarden en paraplupaarden dansen (daar kwamen ze vroeger)
Waar grote krijgers vochten.78.
(Ergens) klonken met luid geluid grote doodsklokken
(En elders) kwamen grote koningen en voerden oorlog.
De blote zwaarden van de chhatriya's groeiden zo,
Alsof de vloed van de tijd stroomt. 79.
Ergens werden de scharnieren (van het op het voorhoofd gedragen ijzer) doorgesneden en ergens vielen de kapotte helmen naar beneden.
Ergens lagen de schilden van de kroonprinsen open.
Ergens lagen de doorgesneden schilden zo op het slagveld
En ergens lagen er vier (liggen) alsof zwanen zich aan het versieren waren.80.
Ergens glinsterden de afgeknipte vlaggen zo op de grond,
Alsof de wind de grote takken had gebroken en op de grond had gegooid.
Er lagen ergens half afgesneden paarden
En ergens waren er gebroken olifanten. 81.
Hoeveel zijn er verdronken in plassen (van bloed) en hoeveel zwervers zijn er gevallen?
(Ergens) lagen de olifanten en de staatspaarden dood op de grond nadat ze voedsel hadden gegeten.
Hoevelen stonden op, renden weg en verstopten zich in de struiken.
Er waren wonden op (hun) ruggen en ze staken hun hoofd niet uit. 82.
Het haar van sommige mensen was verward met een pony
En de vijand smeekte om in verwarring te worden gebracht (van gepakt te worden).
Ze keken niet achterom, zelfs niet nadat ze hun kirpans hadden uitgepakt
En de Qazi-mensen renden weg en zorgden niet eens voor hun paarden. 83.
Ergens werden de Pathanen verscheurd en zorgden ze niet eens voor de paarden.
Hoevelen vermomden zich als vrouw door hun kleding uit te trekken ('Jore').
Velen smeekten hem door offers te brengen ('Akorai').
Vroeger zagen ze een zwaard in iemands hand. 84.
Hoeveel soldaten renden voor hun leven
En hoeveel bendes waren er naar het slagveld gekomen.
Hoevelen hadden (hun) leven opgeofferd in het vuur van Ran-bhoomi
(En hoeveel) werden uiteengereten en stierven tijdens de strijd, omdat ze het als een zonde beschouwden. 85.
Degenen die stierven voor de oorlog,
Ze werden daar aangevallen door de Apachras.
Hoeveel werden er tegelijkertijd inwoners van de hel?
En hoeveel Shum Sufi (niet-drugsverslaafden) er ook waren, ze werden gedood terwijl ze wegliepen. 86.
Veel laffe krijgers werden gedood zonder gedood te worden
En viel neer van angst zonder pijlen af te schieten.
Hoevelen gingen door en gaven hun leven
En hoevelen hebben de weg van Gods volk gekozen. 87.
Zoveel Shum Sofi's als er vluchtten, werden gedood.
Ze werden door de grond opgegeten (dwz opgegeten door kraaien en gieren) (ze werden niet vastgebonden en verbrand).
Er had zich een grote menigte gevormd en er was een grote oorlog uitgebroken
En toen ze de dappere mannen zagen staan, beefde het hele lichaam (van de lafaards). 88.
Waar Siddh Pal veel vijanden had gedood,
Daar zag men de krijgers het fort verlaten.
(Zij) renden weg en namen de wapens niet op,
(Toen ze) Shamsdin dood op de grond zagen liggen. 89.
Daar stonden Bhat en Dhadi liedjes te zingen.
Ze riepen hun heer aan en joegen de hordes vijanden angst aan.
Ranasinghes, nafiris en nagars speelden ergens
En de grote koningen klapten in hun handen en lachten. 90.
Toen alle Pathanen in de oorlog werden gedood
En geen enkele van de grote Hankarbaz bleef over.
Doodde de koning van Delhi en nam (de regering van) Delhi (van hem) af.