Maakte hem de troon waardig.(51)
Zo'n man verdiende een verguld baldakijn, koninklijke stempel en munten,
En duizenden eerbewijzen werden aan hem opgeofferd.(52)
De (andere) drie waren dwazen en bezaten een bezoedelde geest.
Hun taal was rustiek en hun manier van lopen was verfoeilijk.(53)
Hij (Koning) toonde zijn verlangen, aangezien hem (zoon) het koninkrijk zou worden gegeven,
Hij zou al zijn rijkdom aan hem (zoon) bekendmaken,(54)
En hij zou een geschikte persoon zijn om op de troon te zitten,
Vanwege zijn hoge intellect.(55)
Vervolgens bereikte hij (de vierde prins) de titel van Raja Daleep,
Zoals de koning hem het koninkrijk had geschonken.(56)
De andere drie werden uit het gebied verbannen,
Omdat ze noch intelligent waren, noch verstoken waren van slechte eigenschappen.(57)
Hij (Daleep) troonde op de koninklijke zetel,
En de deur van de schat werd voor hem geopend met de sleutel.(58)
(De koning) schonk hem het koninkrijk en werd zelf een vrije man,
Met bewondering voor de kledij van de asceet begaf hij zich naar de jungle (afzondering).(59)
(De dichter zegt),
'Oh Saki, de barman, geef me de beker vol groen (vloeistof),
'Die ik misschien nodig heb in tijden van strijd,(60)
'En geef mij dit zodat op het moment van beoordeling,
'Ik mag beginnen met het gebruik van mijn zwaard.(61)(2)
En opende de oude schat met de sleutel. 62.
(Koning Mandhata) trad af en werd vrij van slavernij.
Hij nam de schoot (van de monniken) en ging naar het bos. 63.
O Saki (Heer!) schenk mij een kopje groene (bhava-harinam) (sterke drank)
Wat voor mij nuttig zal zijn tijdens de oorlog. 64.
Schenk mij (dit) geschenk zodat ik mijn onderdelen mag testen
En ik kan mijn zwaard gebruiken. 65,2.
De Heer is Eén en de overwinning is van de Ware Goeroe.
God is de schenker van alle wijsheid en gerechtigheid.
(Hij) schenkt gelukzaligheid, leven en vindingrijkheid.(1)
(Hij) is welwillend en helper,
(Hij) vernietigt de gebondenheid en leidt onze gedachten.(2)
Luister nu, het verhaal van een vriendelijke man,
Die de vijanden in het stof vertrapte.(3)
Hij, de koning van China, was zeer slim en openhartig.
Hij verhief de armen, maar keek neer op de egoïsten.(4)
Hij was bedreven in de oorlog en in alle (rechts)directies.
Bij het zwaardvechten was hij zeer snel in de bewegingen van zijn handen. (5)
Zijn meesterlijke zwaard- en geweeracties waren zeer bekwaam.
Hij was ongeëvenaard in eten en drinken en zowel in zijn vechtkunsten als in zijn hofmanieren zou je denken: 'Zou er iemand kunnen zijn zoals hij?'
Hij was zo bedreven in het gooien van de pijlen en het schieten met het geweer,
Dat zou je denken, hij werd getraind in de buik van zijn moeder.(7)
Hij had een overvloed aan rijkdom.
Hij regeerde over vele provincies via Karim, de Overvloedige.(8)
(Abrupt) werd zijn koninkrijk beëindigd.
En al zijn ministers kwamen en stelden zich rondom hem op.(9)