Sri Dasam Granth

Pagina - 22


ਪਰੇਅੰ ਪਰਾ ਪਰਮ ਪੂਰਨ ਪ੍ਰਕਾਸੀ ॥੬॥੯੬॥
parean paraa param pooran prakaasee |6|96|

Ginder en ginder is Hij, de allerhoogste Heer, Hij is de Perfecte Verlichter. 6,96.

ਨ ਆਧੰ ਨ ਬਿਆਧੰ ਅਗਾਧੰ ਸਰੂਪੇ ॥
n aadhan na biaadhan agaadhan saroope |

Hij, de Ondoorgrondelijke Entiteit, is zonder de kwalen van lichaam en geest.

ਅਖੰਡਿਤ ਪ੍ਰਤਾਪ ਆਦਿ ਅਛੈ ਬਿਭੂਤੇ ॥
akhanddit prataap aad achhai bibhoote |

Hij is de Heer van Ondeelbare Glorie en Meester van eeuwige rijkdom vanaf het allereerste begin.

ਨ ਜਨਮੰ ਨ ਮਰਨੰ ਨ ਬਰਨੰ ਨ ਬਿਆਧੇ ॥
n janaman na maranan na baranan na biaadhe |

Hij is zonder geboorte, zonder dood, zonder kleur en zonder kwaal.

ਅਖੰਡੇ ਪ੍ਰਚੰਡੇ ਅਦੰਡੇ ਅਸਾਧੇ ॥੭॥੯੭॥
akhandde prachandde adandde asaadhe |7|97|

Hij is deelloos, machtig, onstrafbaar en onverbeterlijk.7.97.

ਨ ਨੇਹੰ ਨ ਗੇਹੰ ਸਨੇਹੰ ਸਨਾਥੇ ॥
n nehan na gehan sanehan sanaathe |

Hij is zonder liefde, zonder huis, zonder genegenheid en zonder gezelschap.

ਉਦੰਡੇ ਅਮੰਡੇ ਪ੍ਰਚੰਡੇ ਪ੍ਰਮਾਥੇ ॥
audandde amandde prachandde pramaathe |

Onstrafbaar, niet-stuwbaar, machtig en almachtig.

ਨ ਜਾਤੇ ਨ ਪਾਤੇ ਨ ਸਤ੍ਰੇ ਨ ਮਿਤ੍ਰੇ ॥
n jaate na paate na satre na mitre |

Hij is zonder kaste, zonder linie, zonder vijand en zonder vriend.