' zei de reus blij
'Wat je ook verlangt en wat je ook vraagt, het zal je gegeven worden.'(9)
Toen hij twee of drie keer zei
Toen de duivel het een paar keer vroeg, zei ze met grote moeite:
(Dus de vrouw) zei dat een vrouw bezeten is door een demon,
'Je kunt mij niet helpen van mijn ellende af te komen.'(10)
Toen schreef hij een jantra
De demonen schreven onmiddellijk een bezwering en gaven die aan haar:
(en zei) dat aan wie je (dit apparaat) een keer zult laten zien,
'Als je het aan iemand laat zien, wordt die persoon vernietigd.'(11)
Hij schreef een apparaat met zijn hand
Ze pakte de bezwering en hield hem vast. Haar hand liet hem hem zien.
Toen de reus die machine zag
Zodra hij het schrift zag, werd hij uitgeroeid.(12)
Dohira
De duivel, die niet door superieure mensen kon worden geëlimineerd,
Werd naar het domein van de dood gestuurd door de slimme Chritar van de vrouw.(13)(1)
Honderdste gelijkenis van het gesprek van de veelbelovende christenen tussen de Raja en de minister, aangevuld met een zegen. (100)(1856)
Chaupaee
Een Jat woonde aan de oevers van de Ravi (rivier).
Aan de oevers van de rivier de Ravi woonde vroeger een boer Jat genaamd Mahinwal.
Toen ze haar zag, werd schoonheid (haar) verblijfplaats
Een vrouw genaamd Sohani werd verliefd op hem en kwam onder zijn dominantie te staan.(1)
als de zon ondergaat
Bij de zonsondergang zwom ze over de rivier en daarheen (om hem te zien).
Ze hield de pot goed onder haar borst
Met een aarden kruik in haar hand sprong ze in (de rivier) en kwam aan de andere kant aan.(2)
Op een dag stond ze op en liep
Toen ze op een dag naar buiten rende, zag haar broer, die daar lag te slapen, haar.
Hij wilde het geheim achter hem vinden,
Hij volgde haar en ontdekte het geheim, maar Sohani besefte het niet.(3)
Bhujang Chhand
Doordrenkt van liefde rende ze naar de richting,
Waar ze onder de struik de kruik had verstopt.
Ze pakte de kruik op, sprong in het water,
En kwam haar minnaar ontmoeten, maar niemand kon het geheim doorgronden.(4)
Toen de vrouw terugkwam om hem te ontmoeten,
Zo ging ze hem steeds weer ontmoeten, om haar dorst van het vuur van de hartstocht te lessen.
(Zij) kwam de rivier over met een pot in haar hand.
Ze roeide terug met de werper, alsof er niets was gebeurd.(5)
'S Morgens ging (zijn broer) (daar) met een ruwe pot.
(Op een dag) Haar broer kwam daar vroeg in de ochtend aan met een ongebakken aarden kruik.
Hij brak de gebakken in stukken en legde de ongebakken op zijn plaats.
De nacht viel, Sohani kwam en pakte de kruik en dook in het water.
Dohira
Toen ze ongeveer halverwege had gezwommen, begon de kruik af te brokkelen
En haar ziel verliet haar lichaam.(7)
Chaupaee