Chaupaee
Toen pakte (de nachtegaal) de papegaai en hield hem op haar hand.
Toen haalde ze hem (de papegaai) eruit en zette hem op haar hand, maar ontsnapte aan haar blikken en vloog weg,
(Hij) ging het aan Risalau vertellen
En ging naar Rasaloo en vertelde: 'Er was een dief naar je huis gekomen.' (51)
Toen hij deze woorden hoorde, rende Risalau weg
Toen hij dit hoorde, liep Rasaloo snel en bereikte onmiddellijk het paleis.
Toen Kokila dit geheim ontdekte
Toen Kokila dit hoorde, wikkelde ze een mat om (de andere Raja) heen en verborg hem.
(Koning Risalu zei tegen Kokila) Waarom is (je) gezicht bleek,
'Waarom wordt je gezicht bleek, alsof god Rahu licht uit de maan heeft geperst?
Wie heeft de glans ('Ambya') van het lotusachtige gezicht ('Ambuyan') overgenomen?
'Waar is de roze glans van je ogen gebleven? Waarom is uw beddengoed slap geworden?'(53)
Dohira
(Ze antwoordde) Sinds de tijd dat jij op jacht ging, leef ik in tegenspoed.
'Ik heb rondgerold als een gewonde.(54)
Chaupaee
De wind blies, (dus) de glans van mijn lotusachtige gezicht werd weggenomen
'Er blies zo'n wind dat mijn matras eruit gleed en mij een drang tot vrijen gaf.
Daarna heb ik veel bochten genomen
'Ik draai rond als een gewond hertbaby.(55)
Hierdoor wordt de parelketting verbroken,
'Mijn parelketting is kapot. De maanverlichte nacht wordt vernietigd door de zonnestralen.
(Ik) werd erg verdrietig na het werken,
'Zonder de liefde te bedrijven, ben ik van streek en als gevolg daarvan wordt mijn bed verslapt.(56)
Dohira
'Nu ik jou zie, is al mijn angst afgenomen,
'En ik aanschouw jou zoals de vogel chakvi opgaat in de maan.'(57)
Chaupaee
Zo verleidde de koningin de koning
Zo overhaalde Rani Raja met huiselijke praatjes,
Toen zei hij dat
En zei toen: 'Luister naar mij, mijn Raja, (58)
Ik en jij allebei met fruit in de handen
'We eten allebei de rozijnen op en gooien ze dan richting de mat.
Dat wedden we allebei.
'We mikken allebei op het midden en degene die de rand raakt, verliest.'(59)
Dohira
Toen ze hierover besloten, namen ze rozijnen.
Raja was erg intelligent en hij had het geheim bedacht,(60)
Chaupaee
Toen zei de koning aldus:
En hij zei: 'Luister, mijn geliefde Kokila Rani,
Ik heb een hert verslagen.
'Ik heb zojuist een hert verslagen en het verbergt zich, gevreesd, in de bosjes.'(61)
(Koning Risalu) heeft dit ding op het hoofd van de Hodi-koning geplaatst,
Toen Raja haar dit vertelde, accepteerde ze dat Raja het echt over het hert had.
(De koning zei) Als je het zegt, zal ik hem onmiddellijk vermoorden