Hij redde de heiligen door zijn hand te geven
En doodde veel vijanden in de loopgraven. 279.
Toen Asidhuja (Maha Kaal) boos werd in Ran
(Toen) doodde hij de vijanden selectief.
Alle bedienden gered
En trof de groep boosdoeners. 280.
Wanneer de tijd aldus de goddelozen heeft gedood,
(Toen) begonnen verschrikkelijke (demonen) op de aarde te vallen.
Hij redde de heiligen met zijn eigen handen
En doodde veel vijanden in de loopgraven. 281.
Ontelbare reuzen kwamen in woede
En 'Maro Maro' begon vanuit tien richtingen te schreeuwen.
Kal werd boos en nam Kharg weer over
En viel onmiddellijk het leger van de vijand aan. 282.
Door een enorme kwade toorn uit te oefenen
Toen wilde Maha Kal vermoorden.
Zoals iemand een pijl naar de lucht schiet, raakt deze niet de lucht,
Het lijkt hem (de bestuurder) eerder. 283.
De reuzen speelden op de klokken
En naderde (het grote tijdperk).
Maha Kala nam toen zijn taken op zich.
En redde de heiligen door de goddelozen te doden. 284.
(Hij) doodde de reuzen door ze in stukken te snijden
En maakte iedereen gelijk ('Prai') aan Til Til.
Kali (Kaal) vuurde vervolgens de vurige astra af
En vernietigde het hele leger van reuzen. 285.
Toen lieten de demonen Varuna's wapen los,
Waarmee Agni de astra omleidde.
Toen hanteerde Kala de Basava astra
En Indra verscheen en begon een oorlog. 286.
Indra ('Basava') zien staan in de woestijn
De reus dronk twee putten wijn.
Brullend van grote woede,
Toen ze (wiens) geluid hoorden, begonnen de aarde en de lucht te trillen. 287.
(Hij) schoot talloze pijlen op Indra
die de schilden en het pantser doorboorde en overstak.
(Het leek erop) alsof de slangen hun holen waren binnengegaan
En nadat ik de aarde had verscheurd en naar de onderwereld was gegaan. 288.
Toen werd Indra erg boos
En nam de pijl en boog ter hand.
Omdat hij erg boos was, schoot hij pijlen
Die door de reuzen heen brak en naar buiten kwam. 289.
De demon werd (opnieuw) boos en viel aan
En verjoeg de godaanbidders uit de Rann.
Toen Kali (het grote tijdperk) de goden zag vluchten voor de oorlog,
Vervolgens gaven ze (alle) wapens en bepantsering op in de oorlog. 290.
Kali vuurde de pijlen af
Bij de aanblik waarvan het gigantische leger werd vernietigd.