Dohira
'Overdag bedreef de dief de liefde met haar, terwijl de oplichter eropuit ging om te bedriegen.
''s Nachts ging de dief stelen en kwam de oplichter haar tegemoet.(6)
Chaupaee
'Er ontstond ruzie vanwege een zakdoek en de oplichter
Het lukte om zevenhonderd gouden munten te bemachtigen.
'Toen kwam de beurt aan de dief en
Ik ga je zijn verhaal vertellen,(7)
'Die dief kwam dus naar het huis van de eerwaardige en
Stuurde de roddelaar naar de engel des doods.
'Hij nam de rode tulband mee en
Andere kleding en sprak met de sjah.(8)
Dohira
'Iemand die de rode tulband nam, de broek maakte die uitgetrokken kon worden,
'En hij heeft het leven van de sjah gered, de vrouw moet naar hem toe gaan.(9)
'Degene die met rode kleren de plek bereikte waar niemand anders heen kon,
'En degene die het leven van de sjah heeft gered, de vrouw moet aan hem worden gegeven.'(10)
Chaupaee
Bij het aanbreken van de dag vond de rechtbank plaats.
De volgende dag kwam de rechtbank tot een schikking en de sjah wees de vrouw toe aan de dief.
De volgende dag kwam de rechtbank tot een schikking en de sjah wees de vrouw toe aan de dief.
(Mensen) prezen dit zeer en gaven hen veel rijkdom.(11)
Dohira
De gerechtigheid bracht Raj Mati terug en de oplichter werd verbannen.
En dit alles gebeurde door de moord op de roddelaar en het stelen van de kleren.(l2)(1)
Negenendertigste gelijkenis van het gesprek van de veelbelovende christenen tussen de Raja en de minister, aangevuld met een zegen. (39)(744)
Dohira
Er woonde een Jat (boer) in de jungle, samen met zijn twistzieke vrouw.
Ze deed nooit wat hij haar zei te doen, maar ze vloekte tegen hem.(1)
Chaupaee
Diljan Mati was de naam van zijn vrouw
Sri Diljan Mati was haar naam en de echtgenoot stond bekend als Achal Dev.
Sri Diljan Mati was haar naam en de echtgenoot stond bekend als Achal Dev.
Hij was altijd bang voor haar en probeerde haar nooit te slaan.(2)
Dohira
Waar de samenvloeiing is van de rivieren Beas en Satluj,
Ze woonden daar; hij was de hoofdman van de plaats.(3)
Chaupaee
Het werk dat hij (man) wil doen,
Wat de man ook wilde doen, de vrouw liet hem niet toe.
Toen deed de vrouw koppig hetzelfde
Wat hij niet wilde doen, met de nodige zorg voor zijn eer, zou zij doen.(4)
Wat hij niet wilde doen, met de nodige zorg voor zijn eer, zou zij doen.(4)
De dag voor de herdenking van zijn overleden ouders brak aan, en hij wilde de gelegenheid voor zijn vader plechtig maken,
De dag voor de herdenking van zijn overleden ouders brak aan, en hij wilde de gelegenheid voor zijn vader plechtig maken,
Hij bracht haar op negatieve wijze zijn voornemen over om de dag niet te vieren, maar zij stond erop dat zij zich (aan het ritueel) moest houden.(5)
Hij bracht haar op negatieve wijze zijn voornemen over om de dag niet te vieren, maar zij stond erop dat zij zich (aan het ritueel) moest houden.(5)
Er werden regelingen getroffen voor de herdenking en de brahmaanse priester werd opgeroepen voor de maaltijden.
Er werden regelingen getroffen voor de herdenking en de brahmaanse priester werd opgeroepen voor de maaltijden.
De echtgenoot zei zo: 'Deze priesters mogen geen aalmoezen krijgen.'(6)
De vrouw zei: ik zal niet aarzelen
'Nee' zei ze zonder enige aarzeling, 'ik zal ze zeker allemaal een muntje takka geven.
'Nee' zei ze zonder enige aarzeling, 'ik zal ze zeker allemaal een muntje takka geven.
'Kijk me niet tegen, want ik zal ze zeker een aalmoes geven en ik zal je hoofd eraf scheren (je schamen) en je gezicht zwart maken (omdat je gemeen denkt)'.(7)
'Kijk me niet tegen, want ik zal ze zeker een aalmoes geven en ik zal je hoofd eraf scheren (je schamen) en je gezicht zwart maken (omdat je gemeen denkt)'.(7)
Alle priesters werden onthaald met maaltijden en ze namen afscheid met maaltijden en ze namen afscheid met voldoende geld.
Alle priesters werden onthaald met maaltijden en ze namen afscheid met maaltijden en ze namen afscheid met voldoende geld.
Vervolgens zei hij tegen zijn vrouw dat ze de traditie van Shastras in acht moest nemen.'(8)
Dohira
De stroom bij het dorp was zo snel dat ze het nooit had kunnen bedenken
Zonder iemand aan te vallen, bracht de vrouw zichzelf in de problemen.(9) .
Chaupaee
Toen werd die Jat heel boos
De Jat was terecht woedend en was van plan haar kwijt te raken.
Ik zal het doden door het onder te dompelen (in water).
Hij besloot haar in het water te doden en zo verlost te raken van de dagelijkse schermutselingen.(10)
Hij zei tegen de vrouw:
Hij ontwierp een plan en vroeg haar niet naar haar ouderlijk huis te gaan,
Ik zal je doli (draagstoel) maken.
Omdat hij had gesuggereerd dat hij haar een touw zou geven (om de stroom over te steken) 11
Hij liep met de vrouw mee
Maar ze zei dat ze zeker zou gaan en zonder touw zou gaan,