���Krishna maakt iedereen blij, door daar te spelen op de muzikale modi van Sorath, Shuddh Malhar en Bilawal
Wat te zeggen van anderen, zelfs de goden die hun sfeer verlaten, komen daarheen.���686.
Toespraak van Radhika voor een antwoord:
SWAYYA
���O vriend! Ik zweer bij de Heer van Braja, ik zal niet naar Krishna gaan
Krishna heeft zijn liefde voor mij opgegeven en gaat op in de liefde van Chandarbhaga
Toen zei de vriend genaamd Vidyuchhata tegen Radha: ���O Radha! je gaat daarheen en laat je dualiteit achter
Krishna hield meer van jou dan wie dan ook, hij houdt er niet van om zonder jou te spelen, omdat het hartstochtelijke spel alleen kan plaatsvinden met iemand van wie je houdt.���687.
Toespraak van de boodschapper:
SWAYYA
���O vriend! Ik val aan je voeten, heb geen enkele arrogantie als deze in je gedachten
Je gaat naar de plaats waar Krishna je roept
���De manier waarop de gopi’s dansen en zingen, mag jij ook dansen en zingen
O Radha! u mag over iets anders praten, behalve uw eed dat u niet zult gaan.���688.
Toespraak van Radha:
SWAYYA
���O vriend! als Krishna miljoenen gopi's zoals jij stuurt, zelfs dan zal ik niet gaan
Waar hij ook op zijn fluit speelt en lofliederen zingt,
���Zelfs als Brahma komt en het mij vraagt, zelfs dan zal ik daar niet heen gaan
Ik beschouw geen enkele vriend van welke betekenis dan ook, jullie mogen allemaal gaan en als Krishna wil, kan hij zelf komen.���689.
Toespraak van de boodschapper gericht tot Radha:
SWAYYA
���O gopi! waarom ben je verzonken in trots?
Doe wat Krishna ook zegt, doe dat werk dat Krishna behaagt,
Pas dan laat (hij) je (steeds weer) komen, als hij verliefd op je is.
���Hij houdt van je, daarom heeft hij mij gestuurd om je te bellen, waarom is er anders geen andere zo mooie gopi in het hele amoureuze stuk?
���Hij is diep verliefd op jou, iedereen weet het en dit is niets nieuws
Hij, wiens gezicht glorieus is als de maan en wiens lichaam een vleesgeworden schoonheid is,
���Hij verlaat zijn gezelschap, o vriend! je hebt het pad gevolgd dat naar je huis leidt
Er zijn veel jonge dames in het gezelschap van Krishna, de heer van Braja, maar er is niemand zo onbeschaafd als jij.���691.
Toespraak van de dichter:
SWAYYA
Toen Radha dit van Gopi (Bijchhata) hoorde, werd ze boos in haar gedachten. (begon te zeggen) Ni Tivien!
Toen Radha deze woorden van de gopi hoorde, werd hij woedend en zei: ‘Zonder door Krishna gestuurd te zijn, ben je tussen mij en Krishna gekomen.
���Je bent gekomen om mij te overtuigen, maar wat je ook hebt gezegd, het beviel me niet
��� In grote woede zei Radha: ���Ga weg van deze plek en bemoei je niet nutteloos tussen ons���692.
Toespraak van de boodschapper gericht tot Krishna:
SWAYYA
De boodschapper zei woedend tegen Krishna dat Radha haar woedende antwoorden gaf
Ze lijkt vastbesloten door haar vrouwelijke volharding en zij is het er met haar idiote intellect op geen enkele manier mee eens
Ze is het in geen van de vier eens: kalmte, terughoudendheid, straf en verschil
Ze begrijpt ook het facet van jouw liefde niet. Wat heeft het voor zin om van zo'n onbeschaafde gopi te houden? 693.
Toespraak van Mainprabha gericht tot Krishna:
SWAYYA
Manprabha (een gopi genaamd Jo) die in de buurt van Krishna was, hoorde de toespraak van (Bijchhata) en sprak onmiddellijk.
Een gopi genaamd Mainprabha, die naast Krishna stond en naar de boodschapper luisterde, zei: ‘O Krishna! de gopi die boos op je is geworden, ik zal haar brengen.���
Om haar naar Krishna te brengen, stond die gopi op
Bij het zien van haar schoonheid lijkt het erop dat de lotus al zijn schoonheid aan haar heeft opgeofferd.694.