Moge deze nacht van gelukzalige vereniging met mijn Heer niet eindigen, en mag het rustgevende licht van de lampachtige maan niet verdwijnen. Mogen de bloemen beladen blijven met geur, noch mag de kracht van stemloze stemmeditatie uit mijn hart afnemen.
Moge deze geestelijke stabiliteit niet afnemen, noch mag de zoetheid van het geluid in mijn oren afnemen. Moge het verlangen van mijn tong om verdiept te blijven in dat elixer niet afnemen met de opname van het goddelijke elixer.
Moge de slaap mij niet belasten, noch mag luiheid mijn hart beïnvloeden, omdat er een gelegenheid is gevormd om van de ontoegankelijke Heer te genieten (de gelegenheid om te genieten van de gelukzaligheid van de vereniging met de Heer bestaat).
Zegen mij dat dit verlangen en enthousiasme van mijn hart viervoudig wordt. Moge de liefde in mij krachtiger en ondraaglijker worden en mag de welwillendheid van de geliefde stralende Heer tien keer meer voor mij verschijnen. (653)