De door de goeroe gezegende Sikh realiseert de universele aanwezigheid van God door de totale weldaad en vriendelijkheid van de volledige goeroe die de manifestatie is van de Allerhoogste God.
Door de geest te absorberen in de vorm van de Ware Goeroe en na te denken over de leringen van de Goeroe, vestigt de Sikh die God in zijn hart die één is en aanwezig is in alles.
Door het gezichtsvermogen van de ogen in de glimp van Satguru te houden en de oren af te stemmen op het geluid van de uitspraken van de Goeroe, beschouwt een gehoorzame en toegewijde Sikh Hem als de spreker, luisteraar en toeschouwer.
God die de oorzaak is van de zichtbare en onzichtbare uitgestrektheid, die het spel van de wereld speelt, zowel als uitvoerder als als apparaat, de geest van een toegewijde Sikh van de Guru raakt verdiept in de woorden en leringen van de Guru. (99)