O Heer! Wat is die aanbidding die U tot de geliefde van de aanbidders heeft gemaakt? Wat is die afvalligheid die U tot de vergevingsgezinde en zuiveraar van de zondaars heeft gemaakt?
Wat is die nederigheid die U tot een stiller van het lijden van de armen heeft gemaakt? Wat is die ego-gevulde lof die U tot de vernietiger van trots en arrogantie heeft gemaakt?
Wat is die dienst van Uw slaaf die U tot zijn meester heeft gemaakt en U hem hebt geholpen? Dat is die duivelse en demonische eigenschap die jou tot de vernietiger van de demonen heeft gemaakt.
mijn Heer! Ik heb uw plicht en aard niet kunnen doorgronden. Wees alstublieft vriendelijk en vertel mij met welke vorm van aanbidding en dienstbaarheid ik nederigheid in mij kan brengen, mijn ego kan vernietigen en afvalligheid kan bereiken. (601)