Alle gebeurtenissen van geluk en verdriet, winst en verlies, geboorte en dood enz. vinden plaats volgens wat door de Almachtige is geschreven of voorbestemd. Niets is in de handen van levende wezens. Het ligt allemaal in de handen van de Almachtige.
Alle levende wezens dragen de vruchten van wat ze hebben gedaan. Welke daden ze ook verrichten, ze worden dienovereenkomstig beloond. Hij, de Almachtige Zelf, betrekt de mensen bij het uitvoeren van diverse daden/handelingen.
En daardoor rijst er bij iedereen een vraag: wie is de voornaamste oorzaak: God, de mens of de handeling zelf? Welke van deze oorzaken is meer of minder? Wat klopt zeker? Er kan niets met enige zekerheid worden gezegd.
Hoe ga je om met lof en laster, met plezier of verdriet? Wat is een zegen en wat is een vloek? Er kan niets met zekerheid gezegd worden. Je kunt alleen maar redeneren dat alles gebeurt en veroorzaakt wordt door de Heer Zelf. (331)