Als een druppel water in zijn geest trots is op zijn grootsheid, verdient hij geen goede naam of lof voor de uitgestrekte oceaan.
Als een vogel met veel moeite hoog en ver vliegt, zal hij zich zeker schamen voor zijn inspanning als hij de oneindig uitgestrekte hemel ziet.
Net zoals de vrucht van een soort vijgenboom (katoenbol in volle bloei) de enorme kosten van het universum ziet nadat hij uit de vrucht is gekomen, voelt hij zich verlegen voor zijn onbeduidende bestaan.
Op dezelfde manier, O Ware Goeroe, bent U een belichaming van de allesdoende Heer en zijn wij een onbelangrijke schepping. Hoe kunnen wij voor u spreken? (527)