Waar ik ook kijk, daar zie ik Hem doordringend. ||3||
Er is twijfel in mij, en Maya is buiten; het raakt me in de ogen als een pijl.
Bidt Nanak, de slaaf van de slaven van de Heer: zo'n sterveling lijdt verschrikkelijk. ||4||2||
Raamkalee, Eerste Mehl:
Waar is die deur, waar U woont, o Heer? Hoe heet die deur? Wie kan onder alle deuren die deur vinden?
Ter wille van die deur dwaal ik droevig rond, los van de wereld; als er maar iemand zou komen en mij over die deur zou vertellen. ||1||
Hoe kan ik de wereldoceaan oversteken?
Zolang ik leef, kan ik niet dood zijn. ||1||Pauze||
Pijn is de deur en woede is de bewaker; hoop en angst zijn de twee luiken.
Maya is het water in de gracht; midden in deze gracht heeft hij zijn huis gebouwd. De Oerheer zit op de Zetel van de Waarheid. ||2||
U heeft zoveel namen, Heer, ik ken hun limiet niet. Er is geen ander gelijk aan U.
Spreek niet hardop - blijf in gedachten. De Heer Zelf weet het, en Hij handelt Zelf. ||3||
Zolang er hoop is, is er angst; Hoe kan iemand dan over de Ene Heer spreken?
Blijf te midden van hoop onaangetast door hoop; dan, O Nanak, zul je de Ene Heer ontmoeten. ||4||
Op deze manier zul je de wereldoceaan oversteken.
Dit is de manier om dood te blijven terwijl je nog leeft. ||1||Tweede pauze||3||
Raamkalee, Eerste Mehl:
Bewustwording van de Shabad en de Leringen is mijn hoorn; de mensen horen het geluid van zijn trillingen.
Eer is mijn bedelnap, en de Naam, de Naam van de Heer, is de liefdadigheid die ik ontvang. ||1||
O Baba, Gorakh is de Heer van het Universum; Hij is altijd wakker en bewust.
Hij alleen is Gorakh, die de aarde in stand houdt; Hij heeft het in een mum van tijd gemaakt. ||1||Pauze||
Door water en lucht samen te binden, bracht Hij de levensadem in het lichaam en maakte de lampen van de zon en de maan.
Om te sterven en te leven heeft Hij ons de aarde gegeven, maar wij zijn deze zegeningen vergeten. ||2||
Er zijn zoveel Siddha's, zoekers, yogi's, rondtrekkende pelgrims, spirituele leraren en goede mensen.
Als ik ze tegenkom, zing ik de Lof van de Heer, en dan dient mijn geest Hem. ||3||
Papier en zout, beschermd door ghee, blijven onaangetast door water, zoals de lotus onaangetast blijft in water.
Degenen die zulke toegewijden ontmoeten, o dienaar Nanak, wat kan de dood met hen doen? ||4||4||
Raamkalee, Eerste Mehl:
Luister, Machhindra, naar wat Nanak zegt.
Wie de vijf hartstochten bedwingt, aarzelt niet.
Iemand die yoga op zo’n manier beoefent,
redt zichzelf en redt al zijn generaties. ||1||
Hij alleen is een kluizenaar, die een dergelijk inzicht bereikt.
Dag en nacht blijft hij verzonken in de diepste Samaadhi. ||1||Pauze||
Hij smeekt om liefdevolle toewijding aan de Heer en leeft in de vrees voor God.
Hij is tevreden met het onschatbare geschenk van tevredenheid.
Door de belichaming van meditatie te worden, bereikt hij de ware yogahouding.
Hij concentreert zijn bewustzijn in de diepe trance van de Ware Naam. ||2||
Nanak zingt de Ambrosiale Bani.
Luister, O Machhindra: dit is het insigne van de ware kluizenaar.
Iemand die, te midden van hoop, onaangetast blijft door hoop,
zullen waarlijk de Schepper Heer vinden. ||3||
Bidt Nanak, ik deel de mysterieuze geheimen van God.
De Guru en Zijn discipel zijn verenigd!
Iemand die dit voedsel eet, dit medicijn van de Leringen,