Als hij mij op enig moment vastpakt en vastbindt, zelfs dan kan ik niet protesteren. ||1||
Ik ben gebonden door deugd; Ik ben het Leven van allen. Mijn slaven zijn mijn leven.
Zegt Naam Dayv, zoals de kwaliteit van zijn ziel is, zo is ook mijn liefde die hem verlicht. ||2||3||
Saarang:
Eén Universele Schepper-God. Bij de gratie van de ware goeroe:
Dus wat heb je bereikt door naar de Puraanas te luisteren?
Er is geen trouwe toewijding in u opgeweld, en u bent niet geïnspireerd om aan de hongerigen te geven. ||1||Pauze||
Je bent het seksuele verlangen niet vergeten, en je bent de woede niet vergeten; hebzucht heeft jou ook niet verlaten.
Je mond is niet opgehouden met lasteren en roddelen over anderen. Uw dienst is nutteloos en vruchteloos. ||1||
Door in te breken in de huizen van anderen en ze te beroven, vul je je buik, jij zondaar.
Maar als je naar de wereld daarbuiten gaat, zal je schuld bekend worden door de daden van onwetendheid die je hebt begaan. ||2||
Wreedheid heeft je geest niet verlaten; je hebt geen vriendelijkheid gekoesterd voor andere levende wezens.
Parmaanand heeft zich aangesloten bij de Saadh Sangat, het Gezelschap van de Heiligen. Waarom heb je de heilige leringen niet gevolgd? ||3||1||6||
O geest, ga niet eens om met degenen die de Heer de rug hebben toegekeerd.
Saarang, Vijfde Mehl, Sur Daas:
Eén Universele Schepper-God. Bij de gratie van de ware goeroe:
Het volk van de Heer woont bij de Heer.
Zij wijden hun geest en lichaam aan Hem toe; ze dragen alles aan Hem toe. Ze zijn bedwelmd door de hemelse melodie van intuïtieve extase. ||1||Pauze||
Terwijl ze naar het gezegende visioen van de Darshan van de Heer staren, worden ze gereinigd van corruptie. Ze verkrijgen werkelijk alles.
Ze hebben met niets anders te maken; zij staren naar het prachtige Gelaat van God. ||1||
Maar iemand die de elegant mooie Heer in de steek laat en naar iets anders verlangt, is als een bloedzuiger op het lichaam van een melaatse.
Zegt Sur Daas: God heeft mijn gedachten in Zijn Handen genomen. Hij heeft mij gezegend met de wereld daarbuiten. ||2||1||8||
Saarang, Kabeer Jee:
Eén Universele Schepper-God. Bij de gratie van de ware goeroe:
Wie is, behalve de Heer, de Hulp en Ondersteuning van de geest?
Liefde en gehechtheid aan moeder, vader, broer of zus, kind en echtgenoot zijn allemaal slechts een illusie. ||1||Pauze||
Bouw dus een vlot naar de wereld hiernamaals; Welk vertrouwen stel jij in rijkdom?
Welk vertrouwen stelt u in dit kwetsbare vat; het breekt bij de minste slag. ||1||
Je zult de beloningen van alle gerechtigheid en goedheid verkrijgen, als je het stof van alles wilt zijn.
Zegt Kabeer, luister, o heiligen: deze geest is als een vogel die boven het bos vliegt. ||2||1||9||