De dames van demonen zien het gevecht, terwijl ze op hun hokken zitten.
Het rijtuig van de godin Durga heeft voor veel opschudding gezorgd onder de demonen.11.
PAURI
Honderdduizend trompetten weerklinken tegenover elkaar.
De zeer woedende demonen vluchten niet van het slagveld.
Alle krijgers brullen als leeuwen.
Ze strekken hun bogen uit en schieten de pijlen voor Durga.12.
PAURI
De trompetten met dubbele ketting klonken op het slagveld.
De demonenhoofdmannen met gematteerde lokken zijn gehuld in stof.
Hun neusgaten lijken op vijzels en de monden lijken op nissen.
De dappere strijders met lange snorren renden voor de godin uit.
De krijgers zoals de koning der goden (Indra) waren het vechten beu geworden, maar de dappere strijders konden niet van hun standpunt worden afgewend.
Ze brulden. Bij het belegeren van Durga, als donkere wolken.13.
PAURI
De trommel, gewikkeld in ezelshuid, werd geslagen en de legers vielen elkaar aan.
De dappere demonenstrijders belegerden Durga.
Ze hebben veel kennis van oorlogvoering en weten niet hoe ze terug moeten rennen.
Ze gingen uiteindelijk naar de hemel nadat ze door de godin waren vermoord.14.
PAURI