O Nanak, de onbevreesde Heer, de vormloze Heer, de Ware Heer, is Eén. ||1||
Eerste Mehl:
O Nanak, de Heer is onbevreesd en vormloos; talloze anderen, zoals Rama, zijn voor Hem slechts stof.
Er zijn zoveel verhalen over Krishna, zoveel verhalen die nadenken over de Veda's.
Zoveel bedelaars dansen en draaien rond op de maat.
De magiërs voeren hun magie uit op de markt, waardoor een valse illusie ontstaat.
Ze zingen als koningen en koninginnen, en spreken over dit en dat.
Ze dragen oorbellen en kettingen ter waarde van duizenden dollars.
De lichamen waarop ze worden gedragen, O Nanak, die lichamen veranderen in as.
Wijsheid kan niet gevonden worden door louter woorden. Het uitleggen is zo moeilijk als ijzer.
Wanneer de Heer Zijn Genade schenkt, dan wordt deze alleen ontvangen; andere trucs en bevelen zijn nutteloos. ||2||
Pauree:
Als de Barmhartige Heer Zijn Barmhartigheid toont, wordt de Ware Goeroe gevonden.
Deze ziel dwaalde door talloze incarnaties, totdat de Ware Goeroe haar instrueerde in het Woord van de Shabad.
Er is geen gever zo groot als de Ware Goeroe; hoor dit, jullie allemaal.
Bij het ontmoeten van de Ware Goeroe wordt de Ware Heer gevonden; Hij verwijdert de eigendunk van binnenuit,
en onderwijst ons in de waarheid der waarheden. ||4||
Aasaa, Vierde Mehl:
Als Gurmukh zocht en zocht ik en vond de Heer, mijn Vriend, mijn Soevereine Heer Koning.
Binnen het ommuurde fort van mijn gouden lichaam wordt de Heer, Har, Har, geopenbaard.