O ontoegankelijke en ondoorgrondelijke Heer, Uw grenzen zijn niet te vinden.
Niemand heeft Uw grenzen gevonden; alleen Jijzelf weet het.
Alle levende wezens en schepselen zijn Jouw spel; Hoe kan iemand U beschrijven?
Je spreekt en je kijkt naar alles; Jij hebt het universum gecreëerd.
Zegt Nanak: Je bent voor altijd ontoegankelijk; Jouw grenzen zijn niet te vinden. ||12||
De engelachtige wezens en de stille wijzen zoeken naar de ambrozijnnectar; deze Amrit wordt verkregen van de Guru.
Deze Amrit wordt verkregen wanneer de Guru Zijn Genade schenkt; Hij verankert de Ware Heer in de geest.
Alle levende wezens en wezens zijn door U geschapen; slechts enkelen komen om de Guru te zien en Zijn zegen te zoeken.
Hun hebzucht, hebzucht en egoïsme worden verdreven, en de Ware Goeroe lijkt lief.
Nanak zegt dat degenen met wie de Heer tevreden is, de Amrit verkrijgen via de Guru. ||13||
De levensstijl van de toegewijden is uniek en onderscheidend.
De levensstijl van de toegewijden is uniek en onderscheidend; ze volgen het moeilijkste pad.
Ze doen afstand van hebzucht, hebzucht, egoïsme en verlangen; ze praten niet te veel.
Het pad dat zij volgen is scherper dan een tweesnijdend zwaard en fijner dan een haar.
Door de genade van de Goeroe lieten ze hun egoïsme en verwaandheid varen; hun hoop is verenigd in de Heer.
Volgens Nanak is de levensstijl van de toegewijden in elk tijdperk uniek en verschillend. ||14||
Zoals U mij laat lopen, zo loop ik ook, o mijn Heer en Meester; Wat weet ik nog meer van Uw glorieuze deugden?
Terwijl U ze laat lopen, lopen ze. U hebt ze op het Pad geplaatst.
In Uw Barmhartigheid koppelt U ze aan de Naam; ze mediteren voor altijd op de Heer, Har, Har.
Degenen die U naar Uw preek laat luisteren, vinden vrede in de Gurdwara, de Goeroepoort.