Sukhmani Sahib

(Pagina: 36)


ਤਿਸੁ ਬੈਸਨੋ ਕਾ ਨਿਰਮਲ ਧਰਮ ॥
tis baisano kaa niramal dharam |

Vlekkeloos puur is de religie van zo’n Vaishnaav;

ਕਾਹੂ ਫਲ ਕੀ ਇਛਾ ਨਹੀ ਬਾਛੈ ॥
kaahoo fal kee ichhaa nahee baachhai |

hij heeft geen verlangen naar de vruchten van zijn arbeid.

ਕੇਵਲ ਭਗਤਿ ਕੀਰਤਨ ਸੰਗਿ ਰਾਚੈ ॥
keval bhagat keeratan sang raachai |

Hij gaat op in devotionele aanbidding en het zingen van Kirtan, de liederen van de Glorie van de Heer.

ਮਨ ਤਨ ਅੰਤਰਿ ਸਿਮਰਨ ਗੋਪਾਲ ॥
man tan antar simaran gopaal |

In zijn lichaam en geest mediteert hij ter herinnering aan de Heer van het Universum.

ਸਭ ਊਪਰਿ ਹੋਵਤ ਕਿਰਪਾਲ ॥
sabh aoopar hovat kirapaal |

Hij is vriendelijk voor alle wezens.

ਆਪਿ ਦ੍ਰਿੜੈ ਅਵਰਹ ਨਾਮੁ ਜਪਾਵੈ ॥
aap drirrai avarah naam japaavai |

Hij houdt zich vast aan de Naam en inspireert anderen om deze te zingen.

ਨਾਨਕ ਓਹੁ ਬੈਸਨੋ ਪਰਮ ਗਤਿ ਪਾਵੈ ॥੨॥
naanak ohu baisano param gat paavai |2|

O Nanak, zo'n Vaishnaav verkrijgt de allerhoogste status. ||2||

ਭਗਉਤੀ ਭਗਵੰਤ ਭਗਤਿ ਕਾ ਰੰਗੁ ॥
bhgautee bhagavant bhagat kaa rang |

De ware Bhagaautee, de toegewijde van Adi Shakti, houdt van devotionele aanbidding van God.

ਸਗਲ ਤਿਆਗੈ ਦੁਸਟ ਕਾ ਸੰਗੁ ॥
sagal tiaagai dusatt kaa sang |

Hij verlaat het gezelschap van alle slechte mensen.

ਮਨ ਤੇ ਬਿਨਸੈ ਸਗਲਾ ਭਰਮੁ ॥
man te binasai sagalaa bharam |

Alle twijfels zijn uit zijn geest verwijderd.

ਕਰਿ ਪੂਜੈ ਸਗਲ ਪਾਰਬ੍ਰਹਮੁ ॥
kar poojai sagal paarabraham |

Hij verricht in alles toegewijde dienst aan de Allerhoogste Heer God.

ਸਾਧਸੰਗਿ ਪਾਪਾ ਮਲੁ ਖੋਵੈ ॥
saadhasang paapaa mal khovai |

In het gezelschap van de Heiligen wordt het vuil van de zonde weggewassen.

ਤਿਸੁ ਭਗਉਤੀ ਕੀ ਮਤਿ ਊਤਮ ਹੋਵੈ ॥
tis bhgautee kee mat aootam hovai |

De wijsheid van zo’n Bhagaautee wordt verheven.

ਭਗਵੰਤ ਕੀ ਟਹਲ ਕਰੈ ਨਿਤ ਨੀਤਿ ॥
bhagavant kee ttahal karai nit neet |

Hij verricht voortdurend de dienst van de Allerhoogste Heer God.

ਮਨੁ ਤਨੁ ਅਰਪੈ ਬਿਸਨ ਪਰੀਤਿ ॥
man tan arapai bisan pareet |

Hij wijdt zijn geest en lichaam aan de Liefde van God.

ਹਰਿ ਕੇ ਚਰਨ ਹਿਰਦੈ ਬਸਾਵੈ ॥
har ke charan hiradai basaavai |

De Lotusvoeten van de Heer verblijven in zijn hart.

ਨਾਨਕ ਐਸਾ ਭਗਉਤੀ ਭਗਵੰਤ ਕਉ ਪਾਵੈ ॥੩॥
naanak aaisaa bhgautee bhagavant kau paavai |3|

O Nanak, zo'n Bhagaautee bereikt de Heer God. ||3||

ਸੋ ਪੰਡਿਤੁ ਜੋ ਮਨੁ ਪਰਬੋਧੈ ॥
so panddit jo man parabodhai |

Hij is een echte Pandit, een religieus geleerde, die zijn eigen geest instrueert.

ਰਾਮ ਨਾਮੁ ਆਤਮ ਮਹਿ ਸੋਧੈ ॥
raam naam aatam meh sodhai |

Hij zoekt naar de Naam van de Heer in zijn eigen ziel.

ਰਾਮ ਨਾਮ ਸਾਰੁ ਰਸੁ ਪੀਵੈ ॥
raam naam saar ras peevai |

Hij drinkt de voortreffelijke nectar van de Naam van de Heer.