Eén Universele Schepper-God. Bij de gratie van de ware goeroe:
Aasaa, Vierde Mehl, Chhant, Vierde Huis:
Mijn ogen zijn nat van de nectar van de Heer, en mijn geest is doordrenkt van Zijn Liefde, O Heer Koning.
De Heer legde Zijn toetssteen op mijn geest en vond hem honderd procent goud.
Als Gurmukh ben ik gekleurd in het dieprood van de klaproos, en mijn lichaam en geest zijn doordrenkt van Zijn Liefde.
Dienaar Nanak is doordrenkt met Zijn geur; gezegend, gezegend is zijn hele leven. ||1||
Eén Universele Schepper-God. Waarheid is de naam. Creatief wezen gepersonifieerd. Geen angst. Geen haat. Beeld Van De Onsterfelijke. Voorbij de geboorte. Zelfbestaand. Door de genade van de Goeroe:
Aasaa, eerste Mehl:
Vaar met Saloks, en Saloks geschreven door de eerste Mehl. Te zingen op de melodie van 'Tunda-Asraajaa':
Salok, Eerste Mehl:
Honderd keer per dag ben ik een offer aan mijn goeroe;
Hij maakte zonder uitstel engelen van mensen. ||1||
Tweede Mehl:
Als honderd manen zouden opkomen en duizend zonnen zouden verschijnen,
zelfs met zulk licht zou er zonder de Guru nog steeds pikkedonker zijn. ||2||
Eerste Mehl:
O Nanak, degenen die niet aan de Guru denken, en die zichzelf als slim beschouwen,
zal achtergelaten worden in het veld, net als de verspreide sesam.
Ze worden achtergelaten in het veld, zegt Nanak, en ze hebben honderd meesters om te plezieren.
De ellendelingen dragen vruchten en bloemen, maar in hun lichaam zijn ze gevuld met as. ||3||